Rennen en stilstaan
Almuñécar, 3-nov 2023, Reijer Staats
Ik loop de duinrand af. De zon raakt nog net niet de zee en de horizon en de wolkenlucht kleuren oranje. Er staat een striemende aanlandige wind die koud aanvoelt. Het is gelukkig droog. Ik kijk naar rechts. Strandpaviljoen Pier 32 is vanwege de winter ontmanteld en afgevoerd. Links is het een treurige aanblik, die van de resten van LEEF, de beachclub waar we vroeger altijd tapas gingen eten, en die zo’n week geleden afbrandde. Ik ben in Den Haag vanwege de herdenkingsbijeenkomst voor mijn moeder en ik zie nogal op tegen dit moment.
"The moment your attention turns to the Now, you feel a presence, a stillness, a peace" (Eckhart Tolle) #thepowerofnow #awareness #mindfulness #heartfulness
Gewaarzijn
In mijn rugtas, in een papieren zak, zit de asbus van mijn moeder, en om die te openen heeft mijn nichtje er een schroevendraaier bij gedaan. Er loopt nog redelijk wat volk over het strand en dat maakt me extra gespannen. Uit het zicht probeer ik gehaast de deksel los te wrikken. Het gaat allemaal niet zo gemakkelijk en ook voel ik plotseling een nogal dwingende aandrang om te plassen. Vijf minuten later ben ik er klaar voor. Wanneer ik een wandelend stel zuidwaarts in de richting van Kijkduin zie stappen en een vrouw met hond de andere kant op naar het Haagse Zuiderstrand, beweeg ik me precies naar het midden tussen hen in. Op de grens van water en land leeg ik de zak met as. Kleine deeltjes stuiven langs mijn schenen het strand op en voor me ontstaat een hoopje van de schelpachtige stukjes. Ik steek een witte roos erin, ren snel achterwaarts, en met een blik over zee en op de ondergaande zon zie ik hoe het hoopje door een grote golf wordt weggespoeld.
Ik sta weer stil en ben volledig gewaar van wat er in mijzelf en om me heen gebeurt. Ik voel me kwetsbaar en sterk tegelijk. Een golf van verdriet zoekt vanuit mijn onderbuik een weg naar buiten en wordt even onderdrukt door mijn middenrif, maar in een zucht ontstaat een lach als ontlading en dan mogen de tranen vloeien. Op de houten trap, de duinrand op, verschijnt als een visioen een oud en bekend beeld van mijn moeder wier blik over zee glijdt. Ze zou er zo in kunnen lopen.
On the road again... #podenco #renault4 #onthaasten
Dorpsrituelen
In Andalusië volgt na het drukke zomerseizoen met de verhuizing uit Pinos naar Restábal een periode van relatieve rust in Casita Lolapaluza, onze tijdelijke domicilie. Tijdens deze septembermaand parkeer ik even de gedachte aan wat komen gaat in Den Haag, want mijn reis naar Nederland is tenslotte pas iets voor na de volgende verhuizing, die van Restábal naar onze definitieve woonstek aan de kust.
Op de eerste ochtend in dit geborgen kleine nieuwe huis, terwijl Johan de was ophangt en ik hem met een koffie in de hand en mijn gezicht in de zon vergezel, zie ik op het dakterras tegenover ons ook onze buurvrouw in de weer. Het ene na het andere kleurrijke jurkje verschijnt aan haar waslijn, alsof er een slinger van Tibetaanse gebedsvlaggetjes wordt gecreëerd. We zwaaien naar elkaar. De kleine señora van rond de 70 laat met een brede glimlach en met haar vriendelijke grote ogen zien, dat ze blij is met onze ontmoeting. Vrolijk vraagt zij of wij haar nieuwe buren zijn, stelt zichzelf vervolgens voor als Paqui, en vertelt ons trots dat haar dochter de uitbaatster is van de buurtsuper om de hoek.
Nog geen half uur later bij de Covirán, met in mijn handen koffiecupjes, een mango en yoghurt voor het ontbijt, bots ik tegen Paqui op. Haar gezicht begint wederom te stralen, en met haar stemvolume op maximaal word ik enthousiast geïntroduceerd bij haar dochter en schoonzoon. Er ontstaat al snel een dagelijkse routine, niet alleen in de Covirán, maar ook op het dakterras, waar de lieve Paqui ervan uit gaat dat het kleurrijke ondergoed aan haar waslijn, opgehangen achter een net iets hoger stuk muur, voor ons niet zichtbaar is.
De kleine keuken van onze overbuurvrouw heeft een driekwart hoge deur met ervoor een vliegengordijn in de kleuren van de regenboog, dat er waarschijnlijk al sinds de jaren 80 hangt. Steevast rond 12.00 uur wordt er begonnen met koken, iets wat we opmaken uit het geluid van potten en pannen en uit de geuren die ons door onze geopende staldeur bereiken. Het is een vermakelijk tafereel, dat we slechts een enkele keer als minder plezierig ervaren, namelijk op dagen dat er bij Paqui gefrituurde sardientjes op het menu staan. Om 14.00 uur sharp staan de kinderen op de stoep en, hoorbaar aan het geluid van zijn brommer, ook Paqui’s kleinzoon. “¿Que tomas para beber?” schalt het dan door het raam, een vraag die wordt beantwoord met de woorden: “¡Abuela, un Coca Cola cero, por favor!”
Clean & green, my perfect dream #lolapaluza #potsandplants #valleyofhappiness
The final countdown
In de kleine doodlopende steeg, waaraan onze voordeur en de keukendeur van de kleurrijke Paqui zich bevinden, is het een uitstallerij van planten en bloemen in kleine en grote potten van kunststof, terracotta en beschilderd keramiek. Het bewateren van de potplanten maakt de steeg tot een dagelijkse ontmoetingsplek, één waar we naast Paqui ook vaak de buurman van het hoekhuis tegen het lijf lopen.
Deze buurman is uiteraard gehesen in de typerende herencombinatie van het Andalusische platteland: de te grote en te hoog opgehesen bandplooibroek met daarboven het ruitjesoverhemd met opgestroopte mouwen. In het geval van de buurman wordt het tenue vervolmaakt met een tweed pet op een kalende schedel. De vriendelijke man ratelt in een onverstaanbaar Andalusisch dialect, waardoor het bij onze eerste kennismaking al direct mis gaat, wij elkaars naam niet oppikken en elkaar vanaf dat moment dus maar gewoon “Vecino” noemen. Op zondagochtenden wordt hij steevast dronken in de bar. Op de daaropvolgende zondagmiddagen schalt het zonder uitzondering The final countdown uit zijn luidsprekerbox en speelt hij later in de middag andere Amerikaanse plaatjes met symfonische rockmuziek uit de jaren 80.
Vanwege zijn licht nerveuse voorkomen, het gebrabbel, de zeer indringende ogen, de scherpe neus en het kalende hoofd, krijgt de vriendelijke vecino van Johan al snel de bijnaam “Gargamel” mee.
Zodra de borstelharen van mijn bezem het met keien geplaveide straatoppervlak van de gezamenlijke steeg raken, klinkt meestal al direct het geklapper van een rolgordijn tegen een deur en verschijnt onze vecino om polshoogte te nemen en een klein en onverstaanbaar praatje in te zetten. Op een dag word ik zelfs ontboden om zijn casa te betreden en zijn schilderwerk te komen bewonderen. Het valt me dan op hoe smetteloos geordend de Spaans-verlichte “salon” en “cocina” van de vecino zijn en hoe perfect symmetrisch het brandhout aan weerszijden van zijn open haard ligt opgestapeld.
Gepassioneerd glijdt de vecino met zijn vingertoppen over zijn strak geschilderde wanden en deelt met mij zijn adviezen en tips voor het volmaakt witten van vochtige Andalusische binnenmuren: welke soort kwast te gebruiken, waar de verf te halen, hoe deze aan te brengen, et cetera. Ik bemerk een duidelijk aanwezige behoefte aan contact bij de buurman en een opvallende interesse in Johan en mij als zijn nieuwe smurfen... uhhh... buren.
In de aanloop naar onze verhuizing naar de kust kabbelt de septembermaand in ons gezellige huisje in Restábal voorbij. We genieten van de omgang met de buren, de voorzieningen in het dorp en van de dagmenu’s en de borrels bij Bar Jovi. Aan onze eigen kleine keukentafel worden natuurlijk ook de gebruikelijke etentjes georganiseerd en wordt er als vanouds een kaartje gelegd met onze Pinos vrienden. Ondertussen is het nog steeds een komen en een gaan van gasten in onze casa’s. Mijn trip naar Nederland komt steeds dichterbij en er ontstaat een brok in mijn keel.
Pasta alle vongole, Italiaanse avond met vriendin en dorpsgenoot Marja in Casita Lolapaluza
Rennen en stilstaan
De eerste dagen van november zijn alweer aangebroken en aan mijn werkplek in de zon laat ik de afgelopen oktobermaand de revue passeren.
Op 26 september in de ochtend zitten we weer eens met onze jurist Conchi bij een notaris, dit keer in het centrum van Granada. Daar tekenen we de papieren en krijgen we de sleutels van ons nieuwe huis in Almuñécar overhandigd. ’s Middags vieren we eerst nog aan een grote tafel in de tuin de verjaardag van onze lieve vriendin Machteld in Pinos en pas de volgende ochtend nemen we voor het eerst een kijkje alleen, in onze laatste aankoop, ons nieuwe woonhuis. Na een klein moment geroerd te zijn gaan we over tot de orde van de dag: schrobben en natuurlijk kibbelen!
Het kleine Engelse familiebedrijf dat onze verhuizing uitvoert staat de volgende dag al vroeg op de stoep. Het zijn letterlijk man en vrouw met een grote bus en één sterke hulp, met wie wij deze dag optrekken. Vooral híj komt wat kattig uit de hoek zodra het stressniveau toeneemt en daarmee, moet ik eerlijk bekennen, houdt hij mij absoluut een spiegel voor. “Het wel of niet vervangen van de laminaatvloer in de nieuwe woonkeuken en logeerkamer?”, het belangrijkste onderwerp van het gekibbel tussen Johan en mij wordt echter beslecht door een fles agua con gaz, die die avond explodeert en de gehele nacht de gelegenheid krijgt om in de vloer te trekken. Geen discussie meer, die vloer gaat er nu sowieso uit!
Zowel Johan als ik krijgen niet direct gelegenheid om te landen in onze nieuwe casa. Johan heeft zich namelijk gecommitteerd aan het mede begeleiden van een 5-daagse trip van een dames-jaarclub in onze prachtige regio, waarmee hij weer als geen ander laat zien orde in chaos te kunnen scheppen. De Leidsche dames die tijdens dit verblijf hun zevende lustrum vieren, bakkeleien ondertussen gezellig over wie er nu weer naast hem in de auto mag zitten.
Ikzelf vertoef twee dagen in het kleine Spaanse barkeukentje van Bar Leo, waar ik mijn belofte aan Leo inlos om op een Hollandsche avond een Indische rijsttafel voor 40 man tevoorschijn te toveren. Het uitserveren van de Spaanse tapas buiten op het terras gaat ondertussen natuurlijk gewoon door en in de Spaans benauwde keuken leert men dat het krokant en goudgeel bereiden van Mora diepvries bitterballen geen koud kunstje is, een resultaat dat in ieder geval niet wordt bereikt door tegelijkertijd de inhoud van twee verpakkingen in een te kleine frituurpan te verhitten. Ik loop leeg...
De gastenwissels gaan gewoon door, zo ook de last minute boekingen, en Casita Lolapaluza wordt klaargemaakt voor de verhuur. Vecino Gargamel brabbelt op zijn alcoholische zondagochtend verdrietig tegen me aan, wanneer hij mij met onze koffers Casita Lolapaluza ziet verlaten. En tja, ik zag zo op tegen mijn korte intensieve trip naar Nederland, maar achteraf kan ik zeggen dat het me ontspanning heeft gegeven om familie en vriendinnen van mijn moeder te spreken en op een mooie en persoonlijke manier afscheid van haar te kunnen nemen. Angst en onzekerheid, het is maar weer gebleken dat deze altijd gaan over iets dat in de toekomst is gelegen.
One of many hello-goodbye’s with friends, visiting our new home in Almuñécar.
Johan en ik genieten van onze nieuwe plek onder de Andalusische zon, in een kleine badplaats waar we nog steeds in korte broek en t-shirt lopen en dat al als sinds Johans verjaardag op 13 maart, en waar we ook al veel bezoek hebben gehad van lieve vrienden en vriendinnen. We kunnen inmiddels wel zeggen dat we geland zijn en dat we veel zin hebben om hier aan een nieuw hoofdstuk te schrijven.
De eerste terugkerende wintergasten arriveren in de late middag en de boekingen voor de komende zomer komen inmiddels ook op gang. Kortom, laat de winter maar komen.
Hasta luego vanuit Almuñécar aan de Costa Tropical!
Johan & Reijer